- Home
- Natuur
- Neurowetenschap
- Kritisch denken
- Taal
- Cultuur
- Community
Ontstaan van de cognitieve wetenschappen
1. Ontstaan van de cognitieve wetenschappen
De cognitieve wetenschap is een interdisciplinaire aangelegenheid die is ontstaan naar aanleiding van een MIT conferentie in 1956 toen vooraanstaande onderzoekers uit verschillende vakgebieden samenkwamen om hun onderzoeksresultaten met elkaar te delen. Tijdens deze conferentie stelden de computerwetenschappers Allen Newell en Herbert Simon hun logica machine voor (een belangrijke innovatie in het vakgebied van de artificiële intelligentie), de linguïst Noam Chomsky gebruikte informatie theorie om zijn generatieve grammatica mee uit te leggen en de psycholoog George Miller had het over de limieten van kortetermijngeheugen. Wat deze uiteenlopende onderzoekers met elkaar verbond, was het besef dat er mentale processen nodig waren om menselijk gedrag mee te verklaren. Dit inzicht stond haaks op de opvattingen van de toen dominante psychologische stroming van het behaviorisme.
2. Wat is behaviorisme?
Behaviorisme was een psychologische stroming die aan het begin van de twintigste eeuw populair geworden is in Amerika onder invloed van het positivisme. Positivisme is de negentiende eeuwse wetenschapsfilosofie die stelde dat kennis gebaseerd moest zijn op empirisch waarneembare gegevens. In een poging om van de psychologie een empirische wetenschap te maken, focusten onderzoekers als Edward Thorndike (1874-1949) zich uitsluitend op de observatie van gedrag. De werking van mentale processen zoals geheugen werden binnen het behaviorisme gereduceerd tot leren, taal tot verbaal gedrag, intelligentie tot intelligentietests enzovoort. Voor de studie van een complex fenomeen als bewustzijn was geen ruimte. Het fenomeen werd niet alleen ontoegankelijk geacht voor de empirische methode, sommigen behavioristen gingen zelfs zo ver om het bestaan van bewustzijn te ontkennen.
3. De cognitieve revolutie
Dat onderzoekers uit uiteenlopende vakgebieden als psychologie, linguïstiek, neurowetenschap, computerwetenschap, antropologie en filosofie conferenties begonnen te organiseren om er hun mentalistische theorieën aan elkaar te presenteren, betekende een enorme verandering in het academische veld. Die verandering werd door Miller e.a. ‘de cognitieve revolutie’ genoemd.
Vanaf 1956 werd het weer mogelijk voor onderzoekers om zich op wetenschappelijk verantwoorde manier met het mentale aspect van ons menszijn te focussen en dat mentale aspect kreeg de naam ‘cognitie’. Verder werd het duidelijk dat er een nauwere samenwerking tussen verschillende vakgebieden noodzakelijk was om problemen uit het eigen vakgebied op te lossen. De cognitieve wetenschap werd daardoor een interdisciplinaire onderneming. Verschillende vakgebieden hebben een cognitieve invulling gegeven aan hun onderzoeksgebied. Zo zijn de subdisciplines van de cognitieve neurowetenschap, cognitieve psychologie, cognitieve linguïstiek, cognitieve archeologie, cognitieve literatuurwetenschap ontstaan. Ieder vakgebied richt zich op cognitie, maar er is nog geen overkoepelend theoretisch kader ontworpen voor de cognitieve wetenschap. Dit educatieplatform is een poging inzichten uit verschillende cognitieve vakgebieden samen te brengen tot een samenhangend kennisgeheel.