- Home
- Natuur
- Neurowetenschap
- Kritisch denken
- Taal
- Cultuur
- Community
Ontstaan van het schrift
De grens tussen geschiedenis en prehistorie wordt bepaald op basis van het ontstaan van het schrift. Dat is geen absolute grens. Verschillende culturen hebben ergens in het verleden een schrift ontwikkeld. Maar het schrift is niet in alle gebieden van de wereld op hetzelfde moment ontstaan. Wat op een bepaald moment in de tijd in het ene gebied reeds geschiedenis wordt genoemd, kan in een ander gebied dus nog als prehistorie worden behandeld. In dit artikel bespreken we enkele van de allereerste schriften.
Inhoud
1. | Oudste schriften ter wereld |
1.1 | Sumerische Spijkerschrift |
1.2 | Egyptische hiërogliefen |
1.3 | Indus Schrift |
1.4 | Overige schriften |
2. | Eerste Europese schriften |
2.1 | Futhark |
1. Oudste schriften ter wereld
Het oudste gekende schrift is rond 3300 voor onze tijdsrekening ontstaan in Mesopotamië. Het werd ontwikkeld door een volk dat we de Sumeriërs noemen.
1.1 Sumerische Spijkerschrift
De Sumeriërs schreven door met een rietstengel inkepingen te drukken in klei. Toen het Sumerische schrift in de 17e eeuw voor het eerst door Europeanen werd waargenomen, meende men hierin een wig te herkennen (dat is een geometrische figuur, een soort veelvlak). Vanwege die vorm werd het schrift in het Engels cuneiform writing genoemd. De term 'cuneiform' is afkomstig van het Latijnse cuneus, wat wig betekent. In het Nederlands heeft de term 'wigschrift' echter geen succes gekend en omdat de inkepingen ook aan spijkers deden denken, heeft men het Sumerisch een ‘spijkerschrift’ genoemd.
Hiernaast zie je een afbeelding van een in het Sumerisch beschreven kleitablet, daterend uit de Oud-Babylonische periode (1800-1700 vot.). Dit tablet bevat een fragment uit het Gilgamesh epos en behoort tot de collectie van het NINO (Nederlands Instituut voor het Nabije Oosten).
Taalkundigen zijn het er over eens dat het Mesopotamische schrift is uitgevonden als een nieuwe en efficiënte manier van boekhouden. De Mesopotamiërs kenden al veel eerder telsystemen om hoeveelheden van goederen mee aan te duiden en ze gebruikten stempelzegels om iemands eigendom mee te markeren.
In het 5e mil. vot. verschenen in Uruk, Susa en andere belangrijke Sumerische steden bullae. Dat zijn kleien bollen waar telstenen in werden gestopt. Die telstenen hadden geometrische vormen en gaven weer hoeveel goederen verhandeld werden. Het was een soort controlesysteem. Maar aangezien de meeste bullae gesloten teruggevonden zijn, neemt men aan dat ze zelden opengebroken werden om de inhoud daadwerkelijk te controleren. Na enige tijd werden de telstenen niet langer in de bullae gestopt maar op de buitenkant gedrukt. De ronde vorm van de klei werd zo overbodig en werd plat gedrukt. Zo zijn de eerste kleitabletten ontstaan.
1.2 Egyptische hiërogliefen
Kort na het ontstaan van het schrift in Mesopotamië is er ook in Egypte een schrift ontstaan. Dat schrift bestond uit gedetailleerde pictogrammen die we hiërogliefen noemen. De term 'hiëroglief' is afkomstig uit het Griekse 'hieroglyphikos', wat een samensteling is tussen het Griekse 'hieros' (heilig) en 'glypho' (graveren of griffen). Zelf noemden de Egyptenaren hun schrift 'Goddelijke woorden' of mdw-ntr in hun eigen taal. De hiërogliefen werden gebruikt voor monumentale inscripties en religieuze teksten.
Daarnaast kenden de Egyptenaren ook een makkelijker hanteerbaar cursief schrift dat het Hiëratisch Schrift wordt genoemd. Het is onduidelijk of de Egyptenaren hun schrift onafhankelijk van de Sumeriërs hebben ontwikkeld of ze het gebruik ervan van de Sumeriërs hebben overgenomen.
1.3 Indus Schrift
In de Indusvallei, in het gebied van het huidige Pakistan en Afghanistan, was tussen 2600 en 1900 vot. eveneens een schrift in gebruik, maar dat is tot op vandaag onvertaald gebleven. Van dat schrift zijn maar weinig fragmenten gevonden waardoor er slechts weinig over geweten is.
1.4 Overige schriften
Ook in andere culturen zijn er onafhankelijk van de ontwikkelingen in het Nabije Oosten schriftsystemen ontstaan. In China bijvoorbeeld is er in de 13e eeuw vot. een schrift ontwikkeld dat nog sterk lijkt op het huidige Chinese schrift en in Meso-Amerika is rond 500 vot. het Maya-schrift ontstaan.
2. Eerste Europese schriften
De eerste schriften uit Europa zijn veel recenter. Wat we over het menselijke verleden uit onze eigen streken weten, is voornamelijk afkomstig uit Romeinse teksten. Tacitus’ Germania en Caesars De Bello Gallico bijvoorbeeld vertellen over de oorlogen tussen de Romeinen en de Germanen. Deze teksten laten ons voornamelijk zien hoe de Romeinen de Germaanse stammen zagen. Ze leren ons weinig over de Germaanse stammen zelf.
2.1 Futhark
Pas in de 2e eeuw na Chr. hadden de Germaanse stammen een eigen schriftsysteem ontwikkeld; het Futhark. Futhark is een schrift dat bestaat uit 24 tekens die runen worden genoemd. Het runenschrift was beperkt in functie. Het werd enkel gebruikt om eigendommen of grafinscripties mee aan te duiden. Er werden geen langere teksten mee geschreven.
Eén van de oudste bekende teksten in het Futhark is de inscriptie op de Gallehus Hoorn uit Zuid-Jutland in Denemarken, daterend uit 400.
Op de hoorn stond:
ek hlewagastiR holtijaR horna tawido
of: "Ik Hlewagastir, nakomeling van Holt, maakte deze hoorn."
Pas in de 4e eeuw na Chr. werd de eerste lange tekst in een Germaanse taal op schrift gezet. Het betreft een bijbelvertaling in het Gotisch door bisschop Wulfila. Om die Gotische vertaling op schrift te zetten, werd een nieuw alfabet bedacht dat bestond uit Griekse tekens, aangevuld met Romeinse tekens en runen.
Overige geschreven bronnen in de volkstalen dateren van na 400. De meeste teksten kwamen pas in de Middeleeuwen tot stand. Dat alles zorgt ervoor dat de prehistorie in onze gebieden betrekkelijk lang bleef duren. Historici laten de prehistorie in Noordwest Europa eindigen rond de 6e of de 5e eeuw voor onze tijdrekening aangezien er vanaf dat moment door Griekse en Romeinse schrijvers over dit gebied wordt geschreven. Maar teksten in de volkstaal verschijnen dus pas veel later, waardoor we ons voornamelijk op archeologische bronnen moeten beroepen om een beeld te krijgen van het menselijke verleden in Europa.
Bronvermelding
- Pollock, S. (1999), Ancient Mesopotamia. Cambridge: Cambridge University Press.
- De Graef, K. (2012), Talen van het Oude Nabije Oosten, Gent: Universiteit Gent.
- Desplenter, Y. (2012), Inleiding tot de taal-en letterkunde: geschiedenis en typologie van de Germaanse talen, Gent: Universiteit Gent.